Onze partnerorganisatie Diakonia doet er alles aan om de vluchtelingen uit Nagorno-Karabach te helpen en op te vangen. Op 30 september jl. waren ze in het State Drama theatergebouw in het centrum van Goris. Hier verblijven gevluchte families uit Artsakh nu al ongeveer twee weken. Hun vlucht was gedwongen en vond in een tijdsbestek van een paar uur plaats. Vluchtig zijn er wat belangrijke spullen meegenomen, maar de meeste mensen hebben niets meer.

Overal op straat zien we families, alleenstaanden, kinderen die in auto’s slapen, jongen mensen die rondlopen; de meeste mensen lopen met gebogen hoofd. Ze hebben allemaal een zelfde soort blik. Grote bussen staan aan de kant van de weg die de vluchtelingen naar Armeense regio’s zullen brengen waar ze opgevangen worden. De straten zullen weer rustig worden, maar deze mensen en hun behoeften zullen blijven bestaan.

Goris

We hebben een familie op straat ontmoet. Hun oude auto is volgepropt met spullen. Naast de auto stonden vijf kinderen met gebogen hoofden. De jongste rende van links naar rechts, alsof hij opgemerkt wilde worden. Een tweejarig kind lag in één van de auto’s te slapen. Dit kind hoorde ook bij het gezin.

We benaderden de kinderen en ze hebben ons vriendelijk begroet. Ze waren afkomstig uit het dorp Gishi in de regio Martuni. Het gezin bestaat uit 8 personen; vader, moeder en zes kinderen. We wilden weten waar de ouders van de kinderen waren.

“De gezondheid van mijn moeder is achteruit gegaan en mijn vader heeft haar naar het ziekenhuis gebracht”… Arman; 13 jaar, Mariam; 12 jaar, Karen; 15 jaar, Alex; 6 jaar en Lilit; 11 jaar zaten geduldig op hun vader Ararat en hun moeder Gayane te wachten totdat ze terugkwamen. De kinderen waren zo in de war dat ze niet eens meer wisten hoe oud hun ouders waren. En wij waren zo in de war dat we de naam van het jongste kind zijn vergeten te vragen.

Iemand die naast de auto stond vertelde:

“In 2020 heeft de moeder van de kinderen door angst een zenuwinzinking gehad en hiervoor is zij behandeld. Nu is deze aandoening teruggekomen. De kinderen hebben al een reis van 48 uur achter de rug en de hele weg heeft hun moeder geschreeuwd en gehuild. Voor de kinderen een hele ongewone situatie”.

Alles is nu onzeker, ze staan op straat te wachten totdat hun ouders terugkomen. Ze zullen naar een tijdelijk onderkomen gaan en daar proberen verder te leven. Lilit, één van de kinderen wil graag dokter worden. Toen we vroegen wat de andere kinderen wilden worden antwoordden ze unaniem: ” we willen terug naar huis…”